grootheden luchtgeluid

Akoestische grootheden bij luchtgeluidsisolatie



Deze pagina geeft een beknopt overzicht van de meest gebruikte akoestische grootheden met betrekking tot luchtgeluidsisolatie.



De term luchtgeluidsisolatie kan verwarrend zijn omdat het zowel slaat op de akoestische eigenschappen van muren, vloeren of plafonds zoals getest in een akoestisch laboratorium, alsook op de isolatie van luchtgeluid tussen twee ruimtes.



Geluidsisolatie is altijd afhankelijk van de frequentie van het stoorgeluid.


Waarde per tertsband  en is de meest volledige wijze om de geluidsisolatie te karakteriseren, maar op technische fiches en normeisen worden meestal gewogen ééngetalswaarden die geen spectrale info geven gebruikt en een maat zijn voor de globale geluidsisolatie.



Akoestisch labo = geluidsverzwakkingsindex R of RW


De labo-grootheden geven informatie over de akoestische prestaties van het geteste materiaal of opbouw . Op basis van labotests kunnen de prestaties van verschillende materialen of opbouwen met elkaar vergeleken worden.


Deze grootheden zijn vooral van belang voor de ontwerpers die opbouwen en materialen met elkaar willen vergelijken. Dit zijn ook de waardes die je op technische fiches kunt terugvinden.

In een woning of appartement: geluidsniveaureductie D


Op de werf schetsen de gebruikte akoestische grootheden een beeld van hoe goed de akoestische prestaties van het gebouw als geheel zijn. De resultaten zijn niet alleen het gevolg van keuzes die bij het ontwerp gemaakt werden maar ook van de kwaliteit van de uitvoering.


Dit zijn de grootheden die voor de bewoners belangrijk zijn.

De gebruikte grootheden bij laboratorium tests zijn niet dezelfde als die bij in-situ tests op de werf. Geluidsverzwakkingsindices (labo) zijn niet zomaar "vertaalbaar" naar de geluidsniveaureductie (D) in een woning.



De geluidsniveaureductie is uiteraard gekoppeld aan de geluidsverzwakkingsindex van de scheidingvloer of - muur maar hangt ook af van de geometrie en aankleding (veel of weinig geluidsabsorberend materiaal) van de ontvangstruimte en de flankerende overdracht.

Akoestische labo grootheden karakteriseren een materiaal / bouwelement



Enkel directe geluidstransmissie doorheen het geteste bouwelement. Deze grootheden karakteriseren de mate waarin een materiaal/bouwelement de aan de zendzijde invallende roze ruis doorlaat naar de ontvangstzijde.


Labo = enkel directe geluidstransmissie doorheen het geteste element.

In-situ-grootheden karakteriseren de geluidsisolatie tussen ruimtes in een woning of appartement



Dit is de geluidsisolatie tussen 2 naast elkaar liggende of gestapelde ruimtes in-situ. Het geluid dat in de zenduimte geproduceerd wordt bereikt de ontvangstruimte niet alleen via de scheidingsconstructie (muur of plafond) maar via alle mogelijke transmissiewegen.


Het gaat hier over zowel de directe geluidstransmissie doorheen de scheidingsconstructie, de flankerende geluidstransmissie als het omloopgeluid.







In-situ = directe transmissie + flankerende transmissie + omloopgeluid


Geluidsverzwakkingsindex R uitgedrukt in dB


  • enkel directe transmissie doorheen het bouwelement & alzijdige inval


  • R wordt per tertsband aangegeven en drukt uit hoe goed het geteste bouwelement geluid binnen die tertsband kan tegenhouden (meer info over tertsbanden)


  • R is hoger in de hogere tertsbanden dan in de lagere tertsbanden


  • bron: roze ruis (elke tertsband bevat evenveel energie)




kenmerkt de weerstand tegen de luchtgeluidstransmissie van een specifiek bouwelement of materiaal


per tertsband = leert ons iets over hoe het element of materiaal de overdracht van  zowel hoog-, midden- als laagfrequent geluid verzwakt


fysisch getal dat geen rekening houdt met de oorgevoeligheid van de mens


hoe hoger, hoe beter

Formule


R = L1 -L2 + 10xlog(S/A)


  • L1 = geluidsdrukniveau zendruimte wordt gemeten per tertsband


  • L2 = geluidsdrukniveau ontvangstruimte wordt gemeten per tertsband


  • S = oppervlakte van de scheidingswand


  • A = equivalent absorptieoppervlak in de ontvangstruimte
    • de som van alle oppervlaktes van de materialen in de ontvangstruimte x hun absorptiecoëfficient
      • 1 m² materiaal met een geluidsabsorptiecoëfficient van 0,5 = 0,5 m² equivalent absorptieoppervlak
      • 1 m² open raam = 1 m² equivalent absorptieoppervlak
      • 1 m² raam met een geluidsabsorptiecoëfficient van 0.05 = 0,05 m² equivalent absorptieoppervlak


Indien we enkel rekening zouden houden met het verschil tussen 2 geluidsdrukniveaus dan :


  • zou in een ruimte met een grote gemene muur de geluidsverzwakkingsindex van dezelfde gemene muur slechter lijken omdat er in de ontvangstruimte meer geluid afstraalt van de gemene muur dan in een ruimte met een gemene muur die kleiner is


  • de geluidsverzwakkingsindex in een ruimte met weinig absorptiemateriaal lager zijn omdat het geluidsniveau hoger gaat zijn omdat een diffuus geluidsveld zicht veel gemakkelijker opbouwt dan in een geometrisch identieke ontvangstruimte met veel geluidsabsorberend materiaal dat de gereflecteerde geluidsgolven dempt



Indien we enkel rekening willen houden met de kenmerken van de gemene muur dan moeten we deze onafhankelijk maken van de oppervlakte van de gemene muur en het equivalent absorptieoppervlak in de ontvangstruimte.


Vandaar de 10xlog(S/A).

Wat betekent R in een bepaalde tertsband?



  • Rtertsband X = 10 dB
    • 1/10 van het invallende geluid met een frequentie binnen de tertsband X wordt doorgelaten


  • Rtertsband X = 20 dB
    • 1/100 van het invallende geluid met een frequentie binnen de terstband X wordt doorgelaten


  • Rtertsband X = 30 dB
    • 1/1000 van het invallende geluid met een frequentie binnen de tertsband X wordt doorgelaten


  • Rtertsband X = 40 dB
    • 1/10000 van het invallende geluid met een frequentie binnen de tertsband x wordt doorgelaten


  • Rtertsband X = 50 dB
    • 1/100000 van het invallende geluid met een frequentie binnen de tertstband x wordt doorgelaten


  • Rtertsband X =60 dB
    • 1/1000000 van het invallende geluid met een frequentie binnen de tertsband x wordt doorgelaten

Gewogen geluidsverzwakkingsindex Rw



Hierbij staat de w voor weighted.


  • ééngetalsaanduiding die je op technische fiches terugvindt
  • wordt berekend volgens EN IS0 171-1



Door de R-waarde van 16 tertsbanden te wegen gaat de spectrale informatie verloren. En we willen nu net het liefst weten hoe het bouwelement het stoorgeluid met haar specifieke spectrale kenmerken tegenhoudt.


kenmerkt de weerstand tegen de luchtgeluidstransmissie van een specifiek bouwelement of materiaal


ééngetalswaarde = we weten niet hoe het materiaal de overdracht van laag-, midden en hoogfrequent geluid verzwakt


fysisch getal dat geen rekening houdt met de oorgevoeligheid van de mens


hoe hoger, hoe beter


Spectrale adaptatietermen



Door het gebruik van de spectrale aanpassingstermen C en Ctr krijgen we toch enige info omtrent hoe goed het bouwelement normaal geluid en geluid met een belangrijke laagfrequente component tegenhoud


C = de spectrale adaptatieterm voor normaal geluid.



  • stemmen
  • popmuziek
  • snelrijdend verkeer


Als we een idee willen krijgen van hoe goed het bouwelement normaal geluid tegenhoudt dan tellen we de adaptatieterm op bij de gewogen geluidsverzwakkingsindex.




                                           RA = Rw + C



RA houdt wel rekening met de oorgevoeligheid.


Ctr = de spectrale adaptieterm voor geluid met een dominante laagfrequente component



  • elektronische dansmuziek
  • traagrijdend verkeer



Als we een idee willen krijgen van hoe goed het bouwelement laagfrequent geluid tegenhoudt dan tellen we de adaptatieterm op bij de gewogen geluidsverzwakkingsindex.



                                            RAtr = Rw + Ctr



RAtr houdt wel rekening met de oorgevoeligheid.

∆R = de luchtgeluidsisolatieverbetering per tertstband dankzij:



  • een geluidsisolerende voorzetwand
  • een geluidsisolerend plafond
  • een zwevende dekvloer



direct gekoppeld aan de eigenschappen van de basis vloer of wand


gemeten in het labo per tertsband



hoe hoger hoe beter


∆Rw = de gewogen luchtgeluidsisolatieverbetering in het labo


ééngetalsaanduiding


wordt berekend uit de R-waarden per tertsband


hoe hoger hoe beter

 

Gestandardiseerd geluidsdrukniveauverschil tussen 2 ruimtes



  • bron: roze ruis (elke tertsband bevat evenveel energie)
  • wordt gemeten per tertsband



            DnT = L1 - L2 + 10xlog(T/T0)



  • L1 = geluidsdrukniveau zendruimte wordt gemeten per tertsband
  • L2= geluidsdrukniveau ontvangstruimte wordt gemeten per tertsband
  • T = de gemeten nagalmtijd in de ontvangstruimte
  • T0 = de referentienagalmtijd

    • T0 = 0,3 s voor ontvangstuimtes met een volume  ≤ 20 m³,

    • T0 = 0,02V - 0,1s voor ontvangstuimte met een volume tussen 20 m³ en 30 m³

    • T0 = 0,5 s voor ontvangstruimtes met een volume groter dan 30 m³ 


Indien we geen rekening zouden houden met de nagalmtijd dan zou het gestandardiseerd geluidsdrukniveauverschil in een lege ruimte lager zijn dan wanneer we diezelfde ruimte aankleden met geluidsabsorberende materialen.


Om DnT onafhankelijk te maken van de aankleding van de ontvangstruimte gebruiken we de 10 log(T/T0)


Gewogen gestandardiseerd geluidsdrukniveauverschil DnT,w



Hierbij staat de w voor weighted.


  • ééngetalsaanduiding die je vaak in akoestische eisen voor afgewerkte gebouwen terugvindt
  • wordt berekend volgens EN IS0 171-1
  • hoe hoger hoe beter
  • fysisch getal dat geen rekening houdt met de oorgevoeligheid van de mens
    • we horen laagfrequent en hoogfrequent geluid minder goed dan middenfrequent geluid




DnT,w  ≥ 58 dB

  • 90% van de bewoners van een nieuwbouw appartement zijn tevreden met het akoestisch comfort
  • 70% van de bewoners van een nieuwbouw rijwoning zijn tevreden met het akoestisch comfort


DnT,w ≥ 54 dB

  • 70% van de bewoners van een nieuwbouw appartement zijn tevreden met het akoestisch comfort


DnT,w ≥ 62 dB

  • 90% van de bewoners van een nieuwbouw rijwoning zijn tevreden met het comfortniveau




C = de spectrale adaptatieterm voor normaal geluid.



Normaal geluid=

  • stemmen
  • popmuziek
  • snelrijdend verkeer


Als we een idee willen krijgen van hoe goed het bouwelement normaal geluid tegenhoudt dan tellen we de adaptatieterm op bij de gewogen geluidsverzwakkingsindex.



          DA = Rw + C


DA houdt wel rekening met de oorgevoeligheid.




Ctr = de spectrale adaptieterm voor geluid met een dominante laagfrequente component



Dominant laagfrequent geluid=


  • elektronische dansmuziek
  • traagrijdend verkeer



Als we een idee willen krijgen van hoe goed het bouwelement laagfrequent geluid tegenhoudt dan tellen we de adaptatieterm op bij de gewogen geluidsverzwakkingsindex.


          DAtr = Rw + Ctr


DAtr houdt wel rekening met de oorgevoeligheid.